Sprankelende, kleurrijke hoofdstad van Andalusië

Reales Alcázares
Sevilla’s pronkstuk is het Reales Alcázares, het Koninklijk Paleis. Dit kleine Alhambra staat op de Werelderfgoedlijst van Unesco en doet in schoonheid zeker niet onder voor haar grote broer in Granada. Het is één van de oudste nog in gebruik zijnde paleizen van Europa. Dit paleis waarvan de fundamenten al in 913 door de Moren gebouwd zijn, is in zijn huidige gedaante ongeveer even oud als het Alhambra. Overal in het paleiscomplex zijn muren vol weelderige mozaïeken en rijk versierde plafonds te zien. De architectuur is een goed voorbeeld van de Mudejárstijl, die stamt uit de tijd dat de christenen de moslims verdreven hadden en hun eigen land weer heroverd hadden. De kroon op het bezoek zijn de tuinen: eeuwenoude bomen, kleurrijke bloemen, beelden, fonteintjes en hofjes laten u opgaan in lang vervlogen tijden.

Kathedraal
Zoals bijna overal in Al-Andalus (Andalusië) is ook de kathedraal van Sevilla gebouwd op de fundamenten van een moskee, herinnerend aan het islamitische verleden van de stad. De sinaasappelboomgaard en minaret uit deze tijd zijn bewaard gebleven en laatstgenoemde vormt nu hét symbool van Sevilla: de Giralda. Een klimtocht deze 97 meter hoge Giralda op is zeker de moeite waard en biedt niet alleen een prachtig uitzicht over de steunberen en torentjes van de kathedraal, maar ook over de stad zelf. De kathedraal is na de Sint-Pietersbasiliek in Rome en de St. Paul’s Cathedral in Londen de grootste kerk (qua gebouw) van Europa en is zelfs de grootste kerk ter wereld die gebouwd is in gotische stijl. Details die bewaard zijn gebleven van de oorspronkelijke moskee zijn het voorhofje, de met sinaasappelbomen versierde patio en natuurlijk de beroemde minaret.

Santa Cruz en Triana
Het échte Sevilliaanse leven speelt zich af in de wijken Santa Cruz en Triana. Barrio Santa Cruz is de voormalige Joodse wijk in het oude centrum van Sevilla. Het is een labyrint van kronkelende straatjes en steegjes met her en der pittoreske pleintjes met sinaasappelbomen. Hier eet je de lekkerste tapas, beleef je de vurigste flamenco en ontdek je de leukste authentieke winkeltjes. Aan de overkant van de rivier Guadalquivier ligt Barrio Triana. Van oudsher is Triana een echte arbeiderswijk met veel ambachtslieden, wat nog tot uiting komt in de traditionele winkeltjes met handgemaakt aardewerk en de meest authentieke tapas.

Flamenco
Flamenco is de ziel van Andalusië, een vurige artistieke uitdrukking van levensvreugde en verdriet vol geklap, gestamp en gezang. De dans is in de Moorse periode door zigeuners overgebracht. De allerbeste flamenco vind je in Sevilla, de oude zigeunerwijk Triana wordt gezien als de bakermat van de flamenco. Nog steeds vind je hier in de flamenco barretjes voorstellingen in hun meest pure vorm. Misschien van een iets lager niveau dan in Barrio Santa Cruz, maar wel über-traditioneel.

Park María Luisa & Plaza de España
Even ontsnappen uit de ‘drukte’ van de stad? Park María Luisa is het antwoord. Hier verruil je de zinderende hitte van de binnenstad voor verkoelende schaduw en rust. Dit weelderige grote park is ooit aangelegd door de hertogin María Luisa en werd in 1893 geschonken aan de stad Sevilla. Naar aanleiding van de Ibero-Amerikaanse tentoonstelling in 1929 werd het park omgetoverd tot een Moors paradijs. Een paradijs vol van lange wandelboulevards, paviljoenen, rustgevende fonteinen en prachtige tuinen met mediterrane bomen en kleurrijke bloemen. Verweven met het park ligt het Plaza de España, een maanvormig plein dat gebouwd werd voor de Ibero-Amerikaanse tentoonstelling. Het plein wordt omgeven door een kanaaltje dat via enkele bruggetjes leidt naar een wandelpromenade en het eigenlijke bouwwerk.